Lichttherapie
Begin jaren tachtig van de vorige eeuw werd voor het eerst onderzoek gedaan met kunstlicht bij de behandeling van een winterdepressie. Het idee is om een winterdag met kunstmatig zonlicht te verlengen tot een zomerdag met volspectrumlicht (licht dat is samengesteld uit alle kleuren van de zon, met de intensiteit van zonlicht op een normale heldere dag) met een intensiteit van 10.000 lux. Het volspectrumlicht is in speciale lichtbakken ingebouwd, die worden gebruikt voor lichttherapie. Op het netvlies bevinden zich, naast de staafjes en kegeltjes, lichtgevoelige cellen met melanopsine als fotopigment die in belangrijke mate de biologische klok aansturen (Dacey, 2005). Blootstelling van een paar uur aan natuurlijk zonlicht lijkt ook een positief effect te hebben op depressieve klachten (Meesters, 2016).
Dosering
Lichttherapie wordt meestal in de vroege ochtend toegepast aangezien het idee is dat mensen met een winterdepressie een biologische klok hebben die uit fase is ten opzichte van het slaap-waakritme. Licht aangeboden in de ochtend herstelt die faseverschuiving. Meestal wordt gebruik gemaakt van licht met een intensiteit van 10.000 lux (Meesters, 2009). Ter vergelijking: licht in huis varieert meestal tussen de 100 en 500 lux, op een sombere winterdag is er tussen 1000 en 2000 lux en op een zonnige zomerdag kan het boven de 10.000 gaan. De sessies variëren van 30-45 minuten, gedurende 5-14 dagen en vinden plaats aan het begin van of tijdens het winterseizoen. Er wordt gebruik gemaakt van volspectrum licht, waarbij het UV-deel is weggefilterd. UV heeft geen toegevoegde waarde en is schadelijk als het te lang op het netvlies komt (Lam, 1992). De patiënt zit ongeveer op 50 cm van de lichtbak en kijkt er schuin langs.
Effectiviteit
In verschillende gerandomiseerde gecontroleerde trial (rct) worden succespercentages beschreven van 50-80% na een lichttherapie met licht via de ogen bij patiënten met een winterdepressie (Terman, 1989). Onderzoek is lastig omdat er geen echt dubbelblind onderzoek gedaan kan worden, daarnaast is er een groot placebo-effect te verwachten door de patiënten al grote verwachtingen hebben van de effectiviteit van lichttherapie. Respons treedt op na de eerste dagen van behandeling. Een behandeling duurt 3 weken, na 3 weken is het onwaarschijnlijk dat er nog effect optreedt. Begonnen wordt in de herfst/winter en wordt uitgeslopen in de lente.
Bijwerkingen
De meest voorkomende, over het algemeen lichte, bijwerkingen zijn vermoeide ogen, misselijkheid, duizeligheid en hoofdpijn. Eventueel kan geagiteerdheid of moeite met inslapen (vooral bij toediening 's avonds) ontstaan en sporadisch is een omslag naar een (hypo)manische episode beschreven. Zeer zelden treedt fotosensibiliteit op, meestal bij gelijktijdig gebruik van chloorpromazine, lithium en sint-janskruid. Er zijn geen gevallen beschreven van oogschade, maar bij bestaande progressieve oogaandoeningen wordt geadviseerd eerst een oogarts te consulteren.
Contra-indicaties
Aangezien de lichttoediening via de ogen plaatsvindt, wordt het netvlies in een korte tijd aan een grote hoeveelheid energie blootgesteld. Om oogschade te voorkomen zijn er een aantal contra-indicaties: oogziektes, recente oogoperaties, diabetes en fotosensitiserende medicatie. Gevoeligheid voor een manie, bij een biplolaire stoornis is eveneens een contra-indicatie.
Indicaties
- seizoensgebonden depressie
- delayed sleep-phase syndrome (DSPS): slaapritmestoornis
- ploegendienst: helpt bij aanpassing aan nieuwe shift
- mogelijk ook effect op de niet seizoensgebonden depressie
- jetlag (soms in combinatie met melatonine)
- dementie: effect op verstoorde slaap-waak ritme
Wake-up light, dawn-simulating alarm clock
Een wake-up light imiteert wakker worden bij zonsopgang (in de zomer) in een periode van 30 tot 90 minuten.
Literatuur
- Dacey DM, Liao HM, Peterson BB, et al.
Melanopsin-expressing ganglion cells in primate retina signal colour and irradiance and project to the LCN.
Nature 2005;433:749-54. - Lam RW, Buchanan A, Mador JA, et al.
The effects of ultraviolet-A wavelengths in light therapy for seasonal depression
J Affect Disord 1992;24: 237-44. - Meesters Y, Gordijn MCM, Spaans HP, Verwijk E.
Chronotherapeutische interventies
Psyfar 2016; 4(4): 18-24. - Meesters Y.
Lichttherapie.
Psyfar 2009;4(4): 59-62.
- Terman M, Terman JS, Quitkin FM, et al.
Light therapy for seasonal affective disorder.
A review of efficacy.
Neuropsychopharmacology 1989;2:1-22.