Dissociatieve stoornissen
Geschiedenis
Pierre Janet (1859-1947), een Frans psychiater en filosoof, ontwikkelde de zogenaamde "dissociatietheorie".(1) De essentie daarvan was dat heftige emoties, zoals ervaren tijdens traumatische gebeurtenissen, tot gevolg kunnen hebben dat systemen van ideeën en functies van de persoonlijkheid worden afgesplitst en onder meer als aparte deelpersoonlijkheden blijven voortbestaan. Janet beschouwde dissociatie als een pathologisch (ziekelijk) fenomeen. In de jaren dertig verminderde de interesse in dissociatie en werd het afgedaan als een minder belangrijk fenomeen. Met de aandacht die voor de posttraumatische stress-stoornis (PTSS) ontstond, nam de interesse voor dissociatie ook weer toe. Tegenwoordig is men tot de conclusie gekomen dat dissociatie in tal van gradaties kan optreden, variërend van alledaagse, niet-pathologische vormen tot zeer ernstige dissociatie bij met name de dissociatieve identiteitsstoornis. Uit onderzoek is gebleken dat dissociatieve verschijnselen in het algemeen worden onderschat wanneer slechts op basis van intakegesprekken wordt gediagnosticeerd. Deze onderschatting bedraagt tot 30% in bij de GGZ aangemelde patiënten.
Wat is dissociatie?
Dissociatie betekent dat je het gevoel hebt dat je losraakt van jezelf of van je omgeving en soms niet meer weet niet wat wel en niet echt is. Alledaagse voorbeelden van dissociatie zijn: dagdromen, ergens mee bezig zijn zonder er met de gedachten bij te zijn en de "verdoving" direct na het overlijden van een dierbaar iemandis ook een vorm van dissociatie.
Dissociatieve stoornis
Bij een dissociatieve stoornis is dissociatie het belangrijkste en centrale kenmerk. Het wordt gedefinieerd als een verstoring of onderbreking van de normaal gesproken geïntegreerde functies van bewustzijn, geheugen, emotie, gedrag, identiteit, lichaamsbeleving of waarneming van de omgeving. Het lijkt erop dat bepaalde hersenfuncties tijdens dissociatie (tijdelijk) niet met elkaar verbonden zijn. De Amerikaans psycholoog Hilgard beschreef dissociatie als het verschijnsel dat de continuïteit van de persoonlijke ervaringen en gedragingen is verminderd of verbroken (neo-dissociatie theorie). (2)
Symptomen (voorbeelden)
- je gedachten, gevoelens of jouw lichaam lijken niet van jezelf te zijn;
- de wereld en de mensen om je heen zijn vreemd en anders;
- de tijd gaat voor je gevoel veel te snel of juist te langzaam;
- je merkt dat je ergens bent maar het is raadsel voor je hoe je daar gekomen bent;
- alles is wazig, je bent suf en voelt geen pijn.
Duur
- Tijdelijk of chronisch
- Plotseling of geleidelijk optredend
Oorzaken
Klik hier voor een overzicht van de gangbare theorieën
Voorkomen
In een onderzoek onder opgenomen patiënten in Nederland voldeed 8% van de patënten aan de criteria voor een dissociatie stoornis. (3).
De DSM-5 onderscheidt op basis van kenmerken vijf typen dissociatieve stoornissen:
- Dissociatieve identiteitsstoornis
- Dissociatieve amnesie
- Depersonalisatie-/derealisatiestoornis
- Andere gespecificeerde dissociatieve stoornis
- Ongespecificeerde dissociatieve stoornis
Stoornissen geassocieerd met dissociatie
- PTSS
- Acute stress-stoornis
- Somatoforme dissociatieve stoornissen
- Kortdurende reactieve psychose
Vragenlijsten om ernst en frequentie dissociatieve symptomen vast te stellen
- Dissociative Experience Scale (DES)
- Dissociation Questionnaire (DIS-Q)
Betrouwbare dissociatievragenlijst met 63 items, meet dissociatie aan de hand van 4 subschalen: Identiteitsverwarring en -fragmentering, Controleverlies, Amnesie, Verhoogde concentratie/absorptie. - Somatoform Dissociation Questionaie (SDQ)
Zelfbeoordelings-vragenlijst met 73 items - Structured Clinical Interview for DSM IV Dissociative Disorders (SCID-D)
- Dissociative Disorder Interview Schedule (DDIS)
Gestructureerd diagnostisch interview
Behandeling
Behandeling is maatwerk en hangt af van verschillende factoren, zoals ernst van de stoornis. Therapie omvat o.a. psycho-educatie, psychologische en psychotherapeutische behandeling en Vaktherapie. Psychologische therapieën zijn o.a. Dialectische Gedragstherapie (DGT), Mentalization-Based Treatment (MBT), Schematherapie, Transference-Focused Psychotherapy (TFP), Unified Protocol, Cognitieve Gedragstherapie (CGT) en EMDR. (4)
Zorgstandaard dissociatieve stoornissen
Boeken
Klik hier voor boeken over dissociatieve stoornissen
Nederlandstalige links
Klik hier voor Nederlandstalige links
Literatuur
- Hart O van der, Horst R
The Dissociation Theory of Pierre Janet
Journal of Traumatic Stress, Vol 2, No. 4, 1989 - Hilgard, E.R. (1977)
Divided consciousness: Multiple controls in human thought and action.
John Wiley, New York. - Friedl, M., & Draijer, N. (2000).
Dissociative disorders in Dutch psychiatric inpatients.
American Journal of Psychiatry, 157, 1012-1013.
Engelstalige links
- Dissociation in the UK
- First Person Plural
- International Society for the Study of Dissociation
- PubMed (overzicht van de publicaties van één jaar)